Stop de afbraak van onze WIA en WW

WW staat voor Werkloosheidwet en regelt de uitkering voor werknemers die buiten hun schuld werkloos worden. Het is een wettelijke werknemersverzekering.  De uitvoering van de WW gaat via het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen).

De hoogte van een WW-uitkering is afhankelijk van je laatstverdiende loon. In de eerste twee maanden is de uitkering 75% van je dagloon, daarna 70%. Het dagloon is gebaseerd op het loon dat je gemiddeld per dag verdiende in het jaar voordat je werkloos werd, met een maximum.

De maximale duur van je WW-uitkering wordt bepaald door hoeveel arbeidsverleden je hebt opgebouwd. Als je een uitkering krijgt, moet je je aan een aantal regels houden. Die gaan vooral over dat je zo snel mogelijk weer een andere baan moet vinden. In veel cao’s is ook een aanvullende werkloosheidsregeling afgesproken. Die wordt beheerd door werkgeversorganisaties en vakbonden.

In de Voorjaarsnota van kabinet Schoof I staat het plan om de maximale wettelijke WW-duur van twee naar anderhalf jaar te verkorten. Dat betekent dat je een half jaar korter een WW-uitkering zou krijgen. Je komt dan sneller in de bijstand, je wordt afhankelijk van je partner of je moet je huis verkopen. Overigens kan het nieuwe kabinet ook andere invulling aan de bezuiniging gaan geven waardoor dan ook mensen met een korter arbeidsverleden getroffen kunnen worden.

Ja het kabinet is gevallen, maar wie naar de stemmingen in de Tweede Kamer kijkt, ziet dat partijen als de VVD, CDA, D66, JA21, CU, BBB etc. nog steeds door willen met deze bezuinigingen. In de formatie voor een nieuw kabinet ligt – als we niks doen –het gewoon keihard op tafel. Sterker nog, als werknemers niet protesteren, zullen er waarschijnlijk hardere bezuinigingen komen op de WW en de WIA. Daarom gaat de FNV met haar leden actievoeren.

De totale kostenpost voor een werknemer kan oplopen tot 6 maanden keer 70 % van je dagloon (meestal laatstverdiende loon). Bij een laatstverdiend salaris van bijvoorbeeld € 4.000 is dat € 4.000 x 0,7 x 6 = € 16.800 bruto.

Heel veel ontslagen werknemers hebben na hun WW geen recht op bijstand, omdat ze een partner met inkomen of een eigen huis met overwaarde hebben. Dan ga je er nog meer op achteruit. Maar ook als je wel bijstand krijgt, is het gat tussen 70 % laats verdiende loon en de bijstandsnormen vaak stevig. Voor een alleenstaande geldt een netto bijstandsnorm van € 1.369,06 per maand.

In sommige sectoren is inderdaad een tekort aan personeel. Toch zien we in veel sectoren en regio’s dat vooral ouderen niet worden uitgenodigd bij sollicitaties. Bovendien gaat deze verkorting van de WW ook gelden als de werkloosheid groeit. En dat zien we nu al gebeuren bij veel bedrijven in de industrie.

Als je gedeeltelijk arbeidsongeschikt bent, kun je ook getroffen worden door deze bezuiniging. Juist omdat je dan vaak noodgedwongen niet aan het werk komt. Als je minder dan 35% arbeidsongeschikt wordt, krijg je namelijk geen WIA maar alleen WW en dus korter een uitkering. Als je tussen de 35% en de 80% arbeidsongeschikt bent, krijg je een zogenaamde “loongerelateerde WGA-uitkering”. Die krijg je net zo lang je minimaal 50% van je verdiencapaciteit werk of WW zou krijgen. Juist deze groep heeft moeite geschikt werk te vinden en komt door een kortere WW in de problemen.

De premies voor WW en WIA zijn zogenaamde werkgeverspremies. Ze worden dus niet direct ingehouden op het salaris van werknemers, maar door werkgevers betaald uit de loonruimte. Daarom zie je ze niet direct als inhouding op je loonstrookje. Op het loonstrookje staat meestal wel een bedrag onder de naam  “Loonkosten werkgever” of iets vergelijkbaars. Dat bedrag is hoger dan je brutoloon. Dat verschil komt onder andere door de WW- en WIA-premies.