De FNV maakt zich grote zorgen over de gevolgen van de torenhoge prijsstijgingen: het leven is in korte tijd extreem veel duurder geworden. Het boodschappen doen en betalen van alle rekeningen wordt daardoor steeds moeilijker. Meer en meer werknemers onder de cao’s Aan de slag en Sociale Werkvoorziening dreigen in de problemen te komen, of hebben die problemen al.
Over 2 maanden gaan de lonen wel weer wat omhoog. Het wettelijk minimumloon stijgt in juli met 1,8%. Maar dat is natuurlijk lang niet voldoende om de gestegen prijzen op te vangen.
Daarom hebben we samen met CNV 2 brieven gestuurd aan de werkgevers: één over de cao Aan de slag en één over de cao SW. We vragen daarin om een cao-overleg, om samen met de werkgevers te zoeken naar oplossingen voor dit grote probleem.
Een onderdeel daarvan zijn de hele hoge brandstofprijzen. Omdat beide cao’s met € 0,10 per kilometer een lage vergoeding voor woon-werkverkeer kennen, moeten werknemers steeds meer geld betalen om op hun werk te komen.
Een ander punt dat wij willen bespreken, is de afspraak in de cao Gemeenten over een minimumuurloon van € 14. De FNV strijdt al jaren voor een wettelijk minimumloon van € 14 per uur, dus we zijn blij dat dit in de cao voor de gemeenteambtenaren gelukt is. Gemeenten erkennen daarmee dat het minimumloon te laag is en omhoog moet. Maar als dat zo is voor gemeenteambtenaren, waarom dan niet voor werknemers onder de cao’s Aan de slag en SW? Ook hierover willen we overleg met de VNG en Cedris.
Er is alleen één klein probleempje: beide cao’s zijn voorlopig nog niet afgelopen. De cao Aan de slag heeft een looptijd tot eind 2023, en de cao SW zelfs tot eind 2025. We kunnen de cao’s niet opzeggen of eenzijdig openbreken. Maar ook als dat kan, zou dat niet verstandig zijn. We vragen dus om overleg over tussentijdse verbeteringen. We rekenen erop dat de VNG en Cedris het probleem van de prijsstijgingen herkennen en serieus nemen. En dat we snel om tafel gaan om te kijken wat we er samen aan kunnen doen.