Nepvakbond van Temper door rechter aan de kant gezet

In hoger beroep heeft het Gerechtshof Amsterdam bevestigd dat de door Temper opgezette en gefinancierde Stichting FreeFlex, (noemt zich nu Stichting Vrij Platformwerk), niet aan de zijde van Temper mee kan doen in de procedure die vakbonden FNV en CNV tegen Temper hebben aangespannen.

Met deze procedure willen de bonden aantonen dat bij Temper, net als bij Uber en Deliveroo, sprake is van schijnzelfstandigen. De vakbonden zijn van mening dat Temper een uitzendbureau is en daarom de Uitzendcao moet hanteren. Bovendien moet, met terugwerkende kracht, de onterechte vergoeding voor bemiddeling die door de medewerkers van Temper afgedragen is, terugbetaald worden.

Hondsbrutaal

Anja Dijkman, bestuurder FNV Flex: ‘Door procedures te voeren die afleiden van de hoofdvraag: zijn Temperaars uitzendkrachten of zelfstandigen, probeert Temper haar verdienmodel zo lang mogelijk overeind te houden. Wij winnen keer op keer onze rechtszaken tegen platformbedrijven. Maar deze bedrijven zijn hondsbrutaal en houden zich welbewust niet aan de wet om marktaandeel te veroveren met goedkoper gemaakte arbeid.’

Nepvakbond

Eind december 2021 richtte Temper de Stichting FreeFlex op, een nepvakbond voor zijn medewerkers. Op het allerlaatste moment, begin april 2022, probeerde de Stichting FreeFlex zich alsnog te voegen bij de rechtbank in de zaak aan de kant van Temper. De rechter oordeelt nu onder andere dat de Stichting FreeFlex geen onafhankelijke belangenbehartiger is, gezien het startkapitaal dat door Temper is verstrekt, en dat er daarnaast geen sprake is van belangenbehartigende activiteiten.

Start Rechtszaak en handhaven door overheid

Inmiddels is bekend dat de hoofdzaak, of de mensen die voor Temper werken uitzendkrachten of zelfstandigen zijn, voortgezet wordt op 15 maart 2024 bij de rechtbank in Amsterdam. De Arbeidsinspectie concludeerde eerder ook al dat Temper een uitzendbureau is en dat de mensen die voor hen werken geen zzp’ers zijn, maar werknemers. Dijkman: ‘De overheid kan ook nu al handhaven op bedrijven die welbewust de wet overtreden, maar laat dat steeds weer na. Langdurige juridische procedures van echte vakbonden als FNV en CNV zijn blijkbaar nodig, omdat de overheid haar verantwoordelijkheid voor een eerlijke arbeidsmarkt tot nu toe laat liggen.’