Het kabinet heeft de opbouw en de lengte van de WW korter gemaakt. Dat is slecht nieuws. Maar het goede nieuws is dat de FNV samen met andere vakbonden en werkgevers afspraken heeft gemaakt om de WW te repareren.
Daardoor houden mensen die hun werk verliezen meer zekerheid over hun inkomen. Ook worden zij beter begeleid naar ander werk. De reparatie-afspraken zijn merkbaar voor iedereen die langer dan 10 jaar gewerkt heeft.
Er is een overgangsregeling van toepassing. De PAWW is de uitkeringsinstantie die dit regelt.
Wat wordt gerepareerd?
De WW- en de WGA-uitkeringen zijn nu anders opgebouwd. Je recht op WW of WGA wordt anders berekend. Daardoor is de periode dat je recht hebt op WW of WGA korter geworden. Werk je langer dan 10 jaar, dan bouw je in plaats van een maand nog maar een halve maand WW of WGA op per gewerkt jaar.
De maximale duur van de WW- en de WGA-uitkeringen is 24 maanden geworden. Daarvoor was dit 38 maanden. De PAWW repareert de kortere WW en WGA.
Wie betaalt de reparatie?
De werknemers betalen de bijdrage voor de reparatie. De bijdrage wordt door de werkgever ingehouden op het brutoloon van de werknemer. Die storten de bijdrage in het PAWW-fonds. De premie voor de wettelijke WW wordt door de werkgevers betaald. Dit is zo afgesproken door de werkgevers- en werknemersorganisaties.
Hoe repareren we de WW?
In een aantal bedrijven/sectoren hebben de leden besloten dat zij akkoord gaan met de reparatie van de WW en WGA. Aan de cao-tafel is de reparatie vastgelegd. In andere bedrijven/sectoren worden de leden gevraagd of zij akkoord gaan met de reparatie van de WW. Die leden worden hierover via hun bestuurder geïnformeerd.
