De politiek heeft ingestemd met de Wet Toekomst Pensioenen (Wtp). De wet is op 1 juli 2023 in werking getreden. Met de invoering van de nieuwe wet verandert er veel voor alle pensioenregelingen in Nederland, dus ook die het ABP uitvoert.
Het ABP is het grootste pensioenfonds van Nederland en heeft 3,1 miljoen actieve, slapende of gewezen deelnemers, die werken of gewerkt hebben bij de overheid zoals ministeries, gemeenten, provincies, waterschappen, stadsvervoer, onderwijs, politie of defensie en veel andere sectoren die aan overheidstaken zijn verbonden.
Volg het laatste nieuws en
Schrijf je in voor onze Pensioenflits Transitie ABP
Maar liefst 72% van de leden van FNV Overheid heeft, als deelnemer met een ABP-pensioenregeling, ingestemd met het hoofdlijnenresultaat en transitieplan wat sociale partners eind vorig jaar hebben bereikt. Je kunt de inhoud van beide onderdelen nalezen in de alinea hieronder. Belangrijkste wijzigingen van het akkoord luiden:
Als alle achterbannen van de aangesloten ACOP-bonden er mee in stemmen, kan het ABP met de verdere uitwerking beginnen. Op 1 januari 2027 gaat dan de nieuwe regeling in. Na een overweldigende deelname aan deze stemming, de live bijeenkomsten en webinars, waarbij wij veel vragen hebben kunnen beantwoorden van veel leden en deelnemers met een ABP pensioenregeling, kijken wij met genoegen terug om de achterbanraadpleging en danken wij alle deelnemers hartelijk voor hun betrokkenheid en stem!
Als je het webinar gemist hebt kun je het hieronder alsnog terugkijken:
Op 21 december jl. hebben de vertegenwoordigers van de FNV samen met de vertegenwoordigers van andere vakbonden en werkgeversorganisaties in de overheids- en onderwijssectoren, overeenstemming bereikt over de hoofdlijnen van de nieuwe ABP-pensioenregeling. Sinds 2020 zijn sociale partners intensief met elkaar in gesprek over de nieuwe pensioenregeling van ABP. Alle partijen zijn het erover eens dat een zorgvuldig proces tot een evenwichtig resultaat moet leiden. De FNV is blij dat dit uiteindelijk ook gelukt is. Het is de bedoeling dat de nieuwe pensioenregeling op 1 januari 2027 ingaat.
Wat we nu weten is dat jouw pensioenregeling over gaat van een uitkeringsregeling naar een solidaire premieregeling. Aangezien het hierbij om een overgang gaat die groots en ingewikkeld is, weten wij nu nog niet wat dat voor jou individueel gaat betekenen. Blijf ons daarom volgen, dan ben je van alles als eerste op de hoogte.
Wel weten we in het algemeen dat in de nieuwe pensioenregeling van het ABP iedere deelnemer een eigen pensioenopbouw krijgt dat meebeweegt met de economie. Ook worden naar verwachting de tot nu toe opgebouwde rechten voor alle leeftijdsgeneraties per deelnemer toegevoegd aan de nieuwe regeling. Dat noemen we ook wel 'invaren'. Hierbij is het uitgangspunt dat de belangen van alle deelnemers op een evenwichtige manier meewegen.
Heb je vragen over jouw pensioen, jouw financiële toekomst en de keuzes die je kunt maken? Ga dan het gesprek aan met een Pensioenwegwijzer ABP en meld je na 15 mei aan voor het ABP-spreekuur.
Het huidige pensioenstelsel komt uit de jaren ’50 van de vorige eeuw. In de meeste gezinnen was de man de kostwinner en bleef hij 40 jaar bij dezelfde werkgever in dienst werken. Er is sindsdien veel veranderd. De opbouw van de bevolking, de economie en de arbeidsmarkt zijn anders dan vroeger.
Mensen werken niet meer hun hele leven bij één werkgever. Ze veranderen vaker van baan of werken een tijdje voor zichzelf. Mensen worden ook steeds ouder en genieten dus langer van hun pensioen. Het is belangrijk dat het pensioenstelsel daarmee rekening houdt.
Daarom heeft het kabinet samen met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten. Daarin staan nieuwe afspraken over pensioenen en de AOW-uitkering. Het vernieuwde pensioenstelsel moet uiterlijk ingaan op 1 januari 2028 voor alle Nederlanders.
Werknemers- en werkgeversorganisaties in de sector Overheid, zijn met het pensioenfonds gezamenlijk verantwoordelijk voor de pensioenregeling van het ABP. Zij kiezen uiteindelijk voor de nieuwe regelingen. Dus deze organisaties moeten goed nadenken over de keuzes die zij maken en daarbij hun achterban goed informeren.
De onderhandeling en besluitvorming vindt plaats in de Pensioenkamer ABP. Die bestaat uit vertegenwoordigers van werknemers- en werkgeversverenigingen en het bestuur van ABP. De FNV-bonden hebben drie vertegenwoordigers in de Pensioenkamer ABP.
De huidige pensioenregeling van het ABP is een uitkeringsregeling. In zo’n regeling zijn afspraken gemaakt over de hoogte die jouw pensioen kan bereiken. De financiële gezondheid van het pensioenfonds (de dekkingsgraad) bepaalt daarbij of de pensioenen worden verhoogd (indexering) of verlaagd. Om de pensioenen waar te kunnen maken, moeten pensioenfondsen nu veel reserves in kas houden. Dit zorgde er de afgelopen jaren voor dat de pensioenen niet konden meegroeien met de stijgende prijzen. Ook werden de pensioenen in 2011 zelfs verlaagd, wat natuurlijk zeer onwenselijk en onrechtvaardig was.
Straks stapt het ABP net als alle pensioenfondsen, over naar de zogenaamde premieregeling. Daarin zijn afspraken gemaakt over de hoogte van de premie, niet over de hoogte van de pensioenen. Deze premie wordt, steeds meer, groen belegd. Zo heeft ABP besloten om vanaf 2022 niet meer te investeren in bedrijven als Shell. De hoogte van je toekomstige pensioen hangt directer af van de resultaten van de beleggingen dan nu het geval is. Het is dan duidelijker dat pensioenfondsen geen garanties kunnen geven over de hoogte van het uiteindelijke pensioen. De verwachting is dat dit voor iedereen een beter pensioen oplevert, omdat pensioenfondsen minder reserves in kas hoeven te houden.
Bij de solidaire premieregeling heeft iedereen een eigen deel van een gezamenlijke pensioenpot die gezamenlijk belegd is. De waarde van de pensioenpot kan wisselen en hangt af van de beleggingsresultaten. Er zijn daarbij manieren bedacht om al te grote tegenvallers te voorkomen, bijvoorbeeld door de solidariteitsreserve. Solidair betekent dat we samen de risico’s delen.
Het zorgt er voor dat als er tegenslag is, je er niet alleen voor staat. Bijvoorbeeld als je arbeidsongeschikt wordt en je niet meer kan werken. En als je overlijdt betalen we met z’n allen mee aan het nabestaandenpensioen van je achtergebleven partner of dierbaren. Hiermee ontstaat er solidariteit tussen alle generaties.
De FNV moet, samen met de andere vertegenwoordigers in de Pensioenkamer, naast de keuze voor de juiste regeling ook een beslissing nemen hoe om te gaan met bestaande en opgebouwde pensioenaanspraken en rechten van de deelnemers. Het wel of niet invaren. Invaren betekent dat het huidige pensioenvermogen ondergebracht wordt in de nieuwe pensioenregeling. Ofwel het collectief omzetten van de bestaande pensioenen en pensioenaanspraken naar de nieuwe regeling waarbij in de nieuwe wet is opgenomen dat er geen individueel bezwaarrecht mogelijk is. In de nieuwe wet wordt invaren als standaard gezien. Pensioenfondsen kunnen hier alleen gemotiveerd van afwijken.
Als we niet kiezen voor invaren, krijgt het ABP er feitelijk een tweede pensioenregeling bij. Dat betekent dat de deelnemers met twee soorten opbouw te maken krijgen: de bestaande opbouw in de huidige pensioenregeling en de nieuwe opbouw in de solidaire premieregeling. De huidige gepensioneerden moeten dan hun eigen ‘boontjes gaan doppen’, want er is geen mogelijkheid meer om risico’s te blijven delen tussen jongeren en ouderen. Naast administratieve en communicatieve last wordt een dergelijke dubbele regeling ook duurder. Uiteindelijk moet er op inhoudelijke gronden en in het belang van de deelnemers en de FNV-achterban een goed besluit genomen worden over invaren.
De vakcentrales, de werkgevers en het ABP willen voor de deelnemers graag een waardevast en solide pensioen. Dus met een grotere kans op verhoging en een kleinere kans op verlaging van de pensioenen dan in het huidige pensioenstelsel.
Om dit te realiseren wil FNV-Overheid dat ouderen wat minder beleggingsrisico lopen, en jongeren juist wat meer. Daarnaast willen we de kans op het verlagen van de pensioenen zo klein als mogelijk houden door in economisch goede tijden een deel van de beleggingswinst apart weg te zetten. Met deze zogenaamde solidariteitsreserve kunnen mee- en tegenvallers voor een groot deel worden opgevangen.
We vinden het belangrijk om de nominale uitkeringen te beschermen zodat mensen ook bij een tegenslag hetzelfde uitkeringsbedrag houden. In het geval dat deze solidariteitsreserve onverhoopt niet toereikend zou zijn, zal een eventuele verlaging van de pensioenen worden gespreid over meerdere jaren.
Het lijkt het ons wenselijk dat eventuele procentuele verhogingen en verlagingen van de uitkeringen voor elke deelnemer met een pensioenuitkering hetzelfde zijn. We onderzoeken nu of dit mogelijk is.
Ook wordt er op dit moment nagedacht over de compensatie van de deelnemers die nadeel ondervinden van de afschaffing van de doorsneepremie.
Het nieuwe stelsel moet uiterlijk per 1 januari 2028 ingevoerd zijn. De minister heeft alle pensioenfondsen en uitvoerders een jaar extra gegeven om de implementatie rond te krijgen. Het ABP wil graag op 1 januari 2027 de overgang maken naar de nieuwe pensioenregeling. Er moet nog veel gebeuren om deze overgang mogelijk te maken.
Zo worden er miljoenen berekeningen gemaakt die laten zien hoe de nieuwe regeling voor de verschillende deelnemers uitpakt. Dit is erg veel werk maar ook noodzakelijk om weloverwogen keuzes te kunnen maken. Zowel sociale partners als het ABP vinden dat zorgvuldigheid boven snelheid gaat. Je wordt als FNV-lid goed en tijdig geïnformeerd over wat dit voor jou betekent en wanneer de wijzigingen precies ingevoerd worden.
Algemene tijdlijn |
Maand |
Jaar |
Inwerkingtreding Wet toekomst pensioenen (Wtp) |
Juli |
2023 |
Totaalpakket regeling en transitieplan gereed |
Februari |
2024 |
Hoorrecht gewezen deelnemers en gepensioneerden |
Maart |
2024 |
Start achterbanraadplegingen |
April |
2024 |
Uitkomst achterbanraadplegingen |
Juni |
2024 |
Definitief transitieplan pensioenregeling ABP |
Juli |
2024 |
Start implementatie nieuwe pensioenregeling ABP |
Januari |
2025 |
Overgang naar nieuwe pensioenregeling ABP |
Januari |
2027 |
De pensioenkamer is het overlegorgaan tussen werkgevers en werknemers over de pensioenregelingen van het ABP. De ACOP heeft drie leden in de pensioenkamer en is als grootste vakcentrale woordvoerder namens de werknemersvertegenwoordiging. Er is door de pensioenkamer en het ABP bestuur hard gewerkt aan de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. Over het onderhandelingsresultaat kunnen de leden nog hun stem uitbrengen tot en met 15 mei 2024, 23.59 uur. De leden van MARVER krijgen nog tot 30 mei de tijd in verband met interne processen en tijdlijnen.
De achterbanraadplegingen zijn momenteel in volle gang. FNV Overheid, AOb, NPB en AFMP en MARVER doen dat apart omdat de regeling voor bijvoorbeeld een leraar anders kan uitvallen dan voor een politieagent.
Op deze pagina houden wij jou op de hoogte van alle veranderingen en nemen wij jou mee bij belangrijke besluiten en stappen tot 1 januari 2027. De onderwerpen zullen daarom zo nu en dan wijzigen om plaats te maken voor nieuwe uitkomsten en gevolgen in de besluitvorming. Kijk voor meer algemene informatie over de Wtp ook op www.fnv.nl/goedpensioen.
De FNV vindt het belangrijk dat alle leden de gelegenheid krijgen, om mee te beslissen over afspraken die onze onderhandelaars over de nieuwe pensioenregeling gaan maken. Hiervoor is het noodzakelijk dat in de ledenadministratie staat aangegeven bij welk pensioenfonds jij bent aangesloten. Je kan maximaal 5 pensioenfondsen koppelen aan jouw profiel. Dat doe je in mijn FNV. Heb je hulp nodig bij het aanmaken van jouw Mijn FNV-account? Bekijk dan de antwoorden op de meest gestelde vragen en de instructievideo.
Heb je na het lezen van de informatie nog algemene vragen, stel die aan ons Contactcenter (NB: dit is anders als het gaat over de aangesloten bonden).
Raadpleeg zelf www.mijnpensioenoverzicht.nl waar je inzicht kunt krijgen in het pensioen dat je al opgebouwd hebt en het verwachte pensioenbedrag na pensionering. Inclusief de AOW-uitkering waar iedereen die in Nederland gewoond heeft, recht op heeft.
Het ABP geeft ook informatie over het nieuwe pensioenstelsel. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft een publiekswebsite.