De FNV-leden hebben massaal ‘nee’ gezegd tegen het cao-bod van PostNL. 95% van de leden, die hun stem hebben laten horen, verwierpen het voorstel. De leden van de andere vakbonden (CNV, BVPP en VHP2) stemden wel voor. ‘Onbegrijpelijk’, vindt Ger Deleij, cao-onderhandelaar namens de FNV: ‘De leden van de andere bonden hebben ‘ja’ gezegd tegen een snert-cao. FNV laat het hier niet bij zitten.
Deleij vervolgt: ‘Onze leden eisen betere afspraken over het terugdringen van de werkdruk. Zij willen dat hun collega’s met flexibele contracten een vaste aanstelling krijgen. Er is immers structureel werk genoeg. Ook de voorgestelde gemiddelde loonstijging van 1,75% over 2019 vinden onze leden te weinig. Door deze cao, waarmee de directie van PostNL half januari kwam, gaan mensen er op koopkracht zelfs op achteruit. De FNV kan en wil dat niet accepteren.’
Verder eisen de FNV- leden voor 2019 een structurele loonstijging van 5% met een minimum van 100 euro bruto per maand en gelijke beloning voor gelijk werk voor alle werkers bij PostNL, dus ook voor uitzendkrachten en contracting-medewerkers.
FNV wil concrete afspraken maken over het terugdringen van de flexibilisering bij PostNL en de verhouding tussen vaste en flexkrachten. Uitzendkrachten en contracting-medewerkers die langer dan 52 weken voor PostNL werken, moeten in vaste dienst worden genomen.
De PostNL-medewerkers eisen verder dat PostNL stopt met het doorvoeren van de elkaar alsmaar opvolgende reorganisaties. Ook moet er een eind komen aan de cultuur van intimidatie en angst bij PostNL.
De leden van de FNV beraden zich nu over vervolgstappen. Acties worden niet uitgesloten.