De cao van Tata Steel wordt met een jaar verlengd. Dat is de FNV vandaag met Tata Steel overeengekomen. Het is een verlenging van de huidige afspraken met extra’s voor de 9000 medewerkers van het staalbedrijf in IJmuiden. De medewerkers krijgen twee keer een eenmalige uitkering van 300 euro bruto en een hogere bijdrage aan de ziektekosten. De cao heeft een looptijd van 1 jaar en gaat in op 1 april 2021.
Ook zijn er afspraken gemaakt over de pensioenpremie. Het akkoord tussen vakbonden en Tata Steel wordt aan de leden voorgelegd.
Roel Berghuis, FNV-bestuurder Tata Steel: ‘Het is een pas op de plaats overeenkomst. Het zijn onzekere tijden voor zowel de werknemers als de staalindustrie, maar we vinden dat het niet de werknemers zijn die hiervoor de grootste prijs moeten betalen.’ In juli maakte de FNV al afspraken met de directie van het bedrijf over de aanpak van de milieuproblemen en voor behoud van werkgelegenheid. Het werkgelegenheidspact is toen verlengd met vijf jaar tot 1 oktober 2026.
Er komt een compensatie voor de stijging van de ziektekostenpremie. Werknemers krijgen per 1 april 2021 een bijdrage van 75 euro (nu 45 euro). Berghuis: ‘Deze compensatie en de uitkering van in totaal 600 euro bruto is van groot belang in deze moeilijke tijden.’
De pensioenpremie stijgt met een 0,5% naar 29,5% van de pensioengrondslag. Berghuis: ‘Dit is nodig om de waarde en inhoud van de regeling naar de toekomst in stand te houden en dus een mooie eerste stap.’
Naast de vastgelegde afspraken praten vakbonden en Tata Steel begin volgend jaar verder over flexibel werken en meer invloed van de werknemers op de inroostering van de ploegendiensten.
Rond de zomer was het vertrouwen van werknemers in Tata Steel behoorlijk gedaald. Berghuis: ‘Medewerkers waren bezorgd over de aanhoudende onzekerheid over het voortbestaan van hun staalbedrijf.’ Na 24 dagen staken kwam er een akkoord dat er geen gedwongen ontslagen zouden vallen, maar het vertrouwen was niet meteen hersteld. Berghuis: ‘Wij hopen nu dat er zekere en betere tijden komen en gebouwd kan worden aan een nieuw en duurzaam Hoogovens.’