FNV Luchtvaart heeft van KLM te horen gekregen hoe de reorganisatie er uit komt te zien. Nog niet in detail, wel op hoofdlijnen. Je bent zelf ook geïnformeerd door Pieter Elbers.
KLM heeft het over een vermindering van 4.500 tot 5.000 arbeidsplaatsen voor KLM + dochterondernemingen. Voor KLM grond gaat het om 2.200 arbeidsplaatsen. Dat is heel veel. Echter, er zijn al 1.300 arbeidsplaatsen weg door het afstoten van uitzendkrachten. En er hebben zich 1.200 grondmedewerkers gemeld voor de vrijwillige vertrekregeling. Die komen niet volledig overeen met de werknemers die boventallig worden. Volgend jaar gaan nog 200 werknemers met pensioen. Per saldo schat KLM dat er op de grond nog 500 arbeidsplaatsen moeten verdwijnen.
Wij zijn ons ervan bewust dat de coronaperikelen grote gevolgen hebben voor de KLM. Hoe snel de luchtvaart weer zal opkrabbelen, is moeilijk te voorspellen. KLM heeft ons verschillende scenario’s getoond en aangegeven waar zij in haar berekeningen van uit gaat. Dat betekent wel dat indien de omstandigheden wijzigen (nieuw uitbraak, minder kunnen vliegen), de plannen aangepast moeten worden.
Wij hebben van begin af aan aangegeven dat wij vinden dat er geen gedwongen ontslagen mogen vallen. Een bedrijf dat staatssteun krijgt, mag niet gelijktijdig mensen op straat zetten. Daarom wilden wij pas een sociaal plan afspreken indien wij weten hoe groot de boventalligheid is en waar de boventalligheid ontstaat. KLM wilde graag vooraf een sociaal plan afspreken met daarin opgenomen alle mogelijkheden, ook de mogelijkheid van ontslag.
Nu wij de aantallen kennen, gaan we praten over een sociaal plan. De gesprekken daarover gaan in de tweede helft van augustus starten. In dat sociaal plan wil FNV geen gedwongen ontslag terug zien. Met de genoemde aantallen moet het mogelijk zijn de boventalligheid zonder gedwongen ontslag op te lossen. Er zijn zelfs meer deelnemers voor de vrijwillige vertrekregeling dan nodig.
Tijdens de onderhandelingen in augustus komt ook de 'bijdrage van de werknemers' aan de orde. FNV stelt zich op het standpunt dat werknemers met een inkomen van minder dan 1,5 keer modaal helemaal geen bijdrage hoeven te leveren. Wij hanteren hetzelfde uitgangspunt als de minister: de breedste schouders moeten de zwaarste lasten dragen