FNV Overheid lanceert ‘de Publieke Evenwichtsbalk’
Krant over recht op vrijheid van meningsuiting van ambtenaren
FNV Overheid lanceert ‘de Publieke Evenwichtsbalk’, een krant voor ambtenaren die gebruik willen maken van hun recht op vrijheid van meningsuiting, maar zich zorgen maken over eventuele gevolgen als ze dat doen. Bea Bornstein, bestuurder FNV Overheid: ‘We zien dat ambtenaren soms in de knel komen als zij voor hun mening uit willen komen.’
‘Ambtenaren die werken voor de overheid hebben hart voor het algemeen belang,’ zegt Bornstein. ‘Ze leggen een ambtseed af waarin ze trouw beloven aan de publieke zaak. Maar ze zijn óók werknemers met rechten, zoals het recht op vrijheid van meningsuiting. Soms botsen die twee.’
Publieke Evenwichtsbalk
'De Publieke Evenwichtsbalk' noemt de vakbond het dilemma tussen het recht op je mening aan de ene kant, en de eed, wetten en regelgeving aan de andere kant. Bornstein: ‘We zien dat veel ambtenaren daarmee worstelen. We krijgen er als vakbond vaak vragen over. Mag ik me als ambtenaar op sociale media uitspreken over maatschappelijk gevoelige onderwerpen? Mag ik meelopen in een demonstratie? Is er een verschil als het onderwerp wel of niet valt binnen mijn aandachtsgebied of domein? Kortom; met welke risico’s moet ik als ambtenaar rekening houden? Mensen zien door de juridische bomen het bos niet meer. In onze krant bieden we handvatten zodat een ieder voor zichzelf kan bepalen of er kans is om van de evenwichtsbalk af te vallen. En áls daar sprake van is, wat daar dan de mogelijke rechtspositionele consequenties van zijn.’
Rechten
De FNV is er duidelijk over dat er in de krant geen eenduidig juridisch advies gegeven wordt. Bornstein: ‘Elke situatie is uniek. Dat maakt het voor ambtenaren ook zo lastig. Want als ze van die evenwichtsbalk afvallen kunnen ze bij hun werkgever op het matje geroepen worden, of met andere juridische consequentie worden geconfronteerd. Als vakbond zijn we er voor de rechtspositie en de arbeidsvoorwaarden van de ambtenaar. Daarbij hoort óók dat wij ambtenaren ondersteunen bij hun recht op vrije meningsuiting.’
