De FNV is blij dat er eindelijk iets gebeurt richting gemeenten die burgers bij voorbaat als verdachten behandelen. ‘We hopen wel dat de Autoriteit Persoonsgegevens dit keer ook door gaat pakken en gaat handhaven bij de vijf gemeenten Nieuwegein, Houten, IJsselstein, Lopik en Veenendaal’, zegt Maureen van der Pligt, bestuurder FNV Uitkeringsgerechtigden.
De AP maakte zojuist bekend deze vijf gemeenten om opheldering te vragen over het gebruik van de ‘fraudescorekaart’. Dit is een algoritme dat risico’s op fraude door mensen met een bijstandsuitkering in beeld brengt. Van der Pligt: ‘We betreuren het dat er niet meteen tot handhaving wordt overgegaan na vier maanden wachten op een reactie op onze aangifte bij de AP. Maar we zien de reactie van de gemeenten met belangstelling tegemoet.’
Uit mediaberichten en signalen van de FNV, die in januari bij de AP aangifte deed tegen deze gemeenten, kwam een zorgelijk beeld naar voren, wat voor de AP aanleiding was hierop actie te ondernemen. De fraudescorekaart is omschreven als een geautomatiseerd systeem dat bijstandsgerechtigden een score geeft op basis van persoonlijke kenmerken, zoals beroep, woonwijk en opleidingsniveau. De score moet aanduiden of bij deze mensen een hogere kans op fraude bestaat.
De vijf gemeenten zouden het algoritme zijn blijven gebruiken, ondanks eerdere rechtspraak over Syri dat het gebruiken van zo’n systeem in strijd is met de privacywet AVG. En ondanks een oproep van de Vereniging Nederlandse Gemeenten om hiermee te stoppen. De gemeenten zijn pas na onderzoek door een journalistencollectief van Lighthouse Reports, Argos en NRC.
De fraudescorekaart werd vanaf 2004 door liefst 158 gemeenten ingezet. Kitty Jong, vicevoorzitter FNV: ‘Dit is een gevolg van jarenlang overheidsbeleid, waarin mensen met een uitkering worden neergezet als profiteurs. Terwijl onderzoek al jarenlang uitwijst dat uitkeringsfraude te verwaarlozen is. Pak nou eens de grote fraudeurs goed aan.’
Monique Verdier, vicevoorzitter AP: ‘Veel zaken lopen uitsluitend via de overheid. Daarin heb je als burger geen keuzevrijheid. Je bent daardoor gedwongen gegevensverwerkingen van de overheid te ondergaan. Juist daarom moet je er blind op kunnen vertrouwen dat dit netjes gebeurt. Dat de overheid niet onnodig informatie over jou opslaat en verwerkt. En dat discriminatie geen rol speelt in jouw contact met de overheid.’
De AP wil dus opheldering van de gemeenten. Binnen twee maanden moeten zij aan de AP rapporteren over hun werkwijze. De gemeenten moeten in de rapportage het advies opnemen van hun onafhankelijke interne privacytoezichthouder, de functionaris gegevensbescherming (FG). Daarbij moeten zij aangeven wat zij destijds met dit advies hebben gedaan.
Ook moeten zij aangeven of burgers financiële schade hebben geleden en zo ja, hoeveel. En wat de gemeenten aan eventuele schade gaan doen. Nadat de gemeenten aan de AP gerapporteerd hebben, besluit de AP of vervolgacties nodig zijn en zo ja, welke.
Bij de toeslagenaffaire bracht onderzoek van de AP een discriminerend algoritme van de Belastingdienst aan het licht. Het kabinet heeft toen een staatscommisie ingesteld tegen discriminatie en racisme. De AP kreegde taak een impuls te geven aan het toezicht op algoritmes. En hierbij de onderlinge samenwerking van de verschillende toezichthouders op algoritmes te versterken. Het doel hiervan is het gebruik van algoritmes scherper te controleren, discriminatie en willekeur tegen te gaan en transparantie te bevorderen.