Medewerkers van Dokwurk, Empatec en Caparis in Friesland willen meer loon
Medewerkers van de Friese sociale ontwikkelbedrijven Dokwurk, Empatec en Caparis houden op maandag 22, dinsdag 23 en woensdag 24 mei werkonderbrekingen. Ze eisen meer loon en betere reiskostenvergoeding. Tijdens de werkonderbreking krijgen ze ook meer informatie over hun deelname aan de landelijke actiedag in Utrecht op 7 juni.
De werknemers eisen 10,15% loonsverhoging en een verbetering van hun reiskostenvergoeding van 10 naar 21 cent per kilometer. Vanwege de gestegen kosten kunnen de medewerkers met een arbeidsbeperking nauwelijks meer rondkomen. De directies van de drie sociale werkbedrijven in Friesland steunen de acties.
De FNV gaat bij zoveel mogelijk sociale werkbedrijven in Nederland langs om daar de werknemers een brief te laten ondertekenen. In deze brief nodigen de werknemers minister Carola Schouten (SZW) en Raymond Vlecken uit om op 7 juni naar de landelijke actiedag te komen om daar te laten zien wat de werknemers waard zijn. Vlecken is de voorzitter van de werkgevers bij de cao-onderhandelingen.
Meten met twee maten
Elanda de Boer, FNV bestuurder Sociale werkbedrijven: ‘Maandenlang krijgen we van de VNG te horen dat er geen geld is voor compensatie. Maar gemeenteambtenaren zijn wel gecompenseerd met betere cao-afspraken. Het kan dus wel, maar de VNG meet bewust met twee maten. Het geld moet eerst bij de minister vandaan komen voordat de VNG iets kan doen. Terwijl medewerkers in de sociale werkbedrijven al rond het minimum verdienen en de dagelijkse boodschappen nauwelijks meer kunnen betalen. Deze mensen verdienen ook meer want ze zijn niet minder.’
Stijgende inflatie
De FNV dringt al vanaf mei 2022 aan op aanvullende afspraken voor de cao SW en cao Aan de slag, waar zo’n 90.000 werknemers met een beperking onder vallen. Beide cao’s zijn afgesloten op het moment dat er nog geen sprake was van stijgende inflatie. De vakbond wil dat alle lonen in deze cao's met terugwerkende kracht per 1 januari 2023 met 10,15% verhoogd worden. Ook moet de reiskostenvergoeding aangepast worden aan de hogere brandstofkosten. Dat betekent een verhoging van 10 naar 21 cent per kilometer. Elanda de Boer: ‘Werknemers moeten nu soms kiezen tussen naar hun werk gaan of boodschappen doen.’
