In de cao SW zijn de loonsverhogingen gekoppeld aan de zogenaamde 'loonprijscompensatie' (LPO). De LPO bepaalt met hoeveel procent de lonen in de SW stijgen. Voor het jaar 2021 is de LPO vastgesteld op 2,16%.
Als onze leden en de leden van de andere cao-partijen instemmen met het akkoord over de nieuwe cao SW, dan gaan alle lonen in de SW per 1 juli 2021 structureel omhoog met 0,96%. Dit is de stijging van het wettelijk minimumloon.
De SW-werknemers die het minimumloon verdienen, krijgen in januari volgend jaar de wettelijke verhoging van het WML per 1 januari 2022. De lonen van de SW-werknemers die meer verdienen dan het WML, stijgen in januari volgend jaar met de uitkomst van deze som:
(LPO 2021) – (stijging WML per 1 juli 2021) = loonsverhoging 1 januari 2022.
Of eenvoudiger uitgelegd: het loon van de werknemers die meer verdienen dan het WML, is in januari 2022 structureel 2,16% hoger dan afgelopen januari.
In mei is een onderhandelaarsakkoord bereikt over een nieuwe cao SW. Met daarin onder andere afspraken over verbetering van de seniorenregeling en over eerder stoppen met werken. De regeling eerder stoppen met werken wordt nu uitgewerkt. En we zijn bezig met het geven van antwoorden op de vele vragen die hierover leven. Zodra dat rond is, gaan we de leden in de SW vragen wat ze vinden van dit akkoord. Pas als de leden van cao-partijen (dus ook CNV en de VNG) ‘’ja’’ hebben gezegd tegen het akkoord, wordt de nieuwe cao SW definitief. Dit is helaas pas half september duidelijk. Dan weten we dus zeker of de loonsverhoging van juli doorgaat; die zal dan met terugwerkende kracht tot juli worden uitbetaald.