Hoewel de voorstellen voor de nieuwe cao Bouw & Infra al op 12 februari zijn uitgewisseld tussen bonden en werkgevers, leidt dat niet tot vooruitgang. ‘De derde gespreksronde, die gisteren 11 maart eindigde, leverde alleen maar verwijdering van elkaar op’, zegt Hans Crombeen FNV-bestuurder Bouwen en Wonen.
Hoewel de start van het overleg op 12 februari is gevolgd door een constructieve tweede ronde op 3 en 4 maart, lopen de verschillen van inzicht nu op. ‘Er lijkt sprake van een geringe bereidheid om te investeren in een regeling om eerder stoppen met werken mogelijk te maken’, vertelt Crombeen. ‘Dan gaat het de werkgevers bijvoorbeeld over de omvang van de groep binnen deze cao en de hoogte van een eventuele uitkering. Uiteraard staat dit belangrijke onderwerp de volgende keer opnieuw en nadrukkelijk op de agenda’, stelt Gijs Lokhorst Bestuurder Bouw van CNVvakmensen.
In het vorig jaar door werkgevers en werknemers afgesloten Pensioenakkoord is opgenomen dat mensen met zware beroepen eerder moeten kunnen stoppen met werken. ‘Het is niet meer dan een logisch gevolg van het pensioenakkoord dat we dit dus in de eerstkomende cao gaan regelen met elkaar’, vertelt Crombeen. FNV Bouwen & Wonen heeft voorgesteld eerder stoppen met werken mogelijk te maken met als uitgangspunt dat dit geldt voor iedereen die onder de cao werkzaam is. ‘We willen dat voor een periode van 3 jaar en voor een bedrag van € 21.200 bruto per jaar’, vertelt Crombeen.
Op bouwplaatsen werken ook veel leerlingen die werken en leren combineren. De bonden willen dat zij hun schooldag ook krijgen doorbetaald. ‘Jongens en meisjes van 17 jaar krijgen nu €5,39 bruto per uur. En op hun schooldag ontvangen ze helemaal geen betaling. Dat vinden we onbestaanbaar. Zij verdienen het om die schooldag gewoon doorbetaald te krijgen’, geeft Lokhorst aan.
FNV en CNV willen ook dat het loon van alle medewerkers in de sector met 5% omhoog gaat. Ook moeten er maatregelen worden genomen om de roofbouw op werknemers te beperken, zoals het uitbetalen van overwerk en het betalen van de reistijd van werknemers. ‘Mensen werken tijdelijk op allerlei verschillende bouwplaatsen verspreid over het land. Daarvoor horen ze gewoon gecompenseerd te worden’, zegt Crombeen. Onder deze cao werken 110.000 mensen.