‘Ze zitten echt overal hè’, antwoord ik als Tai ons achtste gesprek begint met de landing van een Chinese bezoeker op Mars. Rover noemen ze het voertuig ook wel in het Engels, zwerver of reiziger. ‘Misschien is de Nederlandse betekenis een aanwijzing voor de toekomst’, merk ik op.
Ik leg uit dat China in groot tempo bezig is de planeet Aarde van haar bodemschatten te ontdoen ten behoeve van hun eigen industrie en economische activiteiten. Vooral in Afrika en Zuid-Amerika waar ze niet opgewassen zijn tegen deze mammoet verkwanselen autocratische leiders hun land en hun grondstoffen. En in Europa worden de Chinezen op economisch gebied steeds dominanter. Alles als gevolg van de spookachtige vrije markt en de handelsdrift.
‘Ik herinner me onze eerste gesprekken Jeroen’, merkt Tai op. ‘Je kaart het buiten schot laten van de vakbonden bij het verhuizen van bedrijven naar China aan. Dat dat een grote fout is geweest. Zou het nu anders zijn als vakbonden deel van de verhuizing waren geweest?’
‘Tja, in onze Gouden Eeuw waren wij vooral plunderaars. De periode van hoogste beschaving in ons land gaat samen met een sterke vakbond. Het polderen, ontstaan in de vorige eeuw,. is aan de vakbonden te danken. Heden ten dage lukt het de drijfzandgemalen van de FNV niet meer om de polder droog te houden en zijn onze polders gevuld met de talrijke tronies van het individualisme.
Daartegenover staat China wier onderdanen als individu totaal ondergeschikt zijn aan de belangen van de dictatuur. Er is geen vakbond en gelijktijdig oefent China wel een plundercultuur uit.
Dus ja Tai, als je het zo bekijkt, is de aanwezigheid van een vakbond wellicht een wezenlijk onderdeel van hogere beschaving. De FNV als onderdeel van het systeem naar een betere moraal. Het is te hopen dat die stap voorwaarts in de beschaving niet te lang op zich laat wachten alhoewel ik vrees dat de exploitatie van jullie planeet dichterbij is.’
Ik vertel Tai dat ik, nu ik ander werk zoek, eens door mijn werkverleden ben gaan struinen. Al in 1998 was ik één van de 5 initiatiefnemers van een voorstel dat onze MT-leden 2 dagen per jaar in productie zouden werken. Achtergrond was het grote wantrouwen op de productievloer en wij dachten dat we op deze manier de relaties konden verbeteren. Ze moesten wel op het voorstel ingaan omdat we het via de officiële ideeënbus kanalen hadden ingediend. Maar ó, wat hebben ze hun best gedaan om zich hier aan te onttrekken. En het is ze gelukt. Een kenmerkende Management Teamprestatie.
Wantrouwen is een sleutelwoord. Vrijwel elke CAO zijn meer vrije tijd en geld de afkoop van gebrek aan vertrouwen en de daarmee samenhangende onvrede.
‘Tai, weet je nog in ons vorige gesprek over de moeite die het kost om geld voor verbeteringen te krijgen?’ Ik leg uit hoe één van mijn beste voorstellen om de werkbelasting te verminderen wel gevolg krijgt en dat ik daarmee onbedoeld maar feilloos het onderlinge wantrouwen tussen collega’s aanboor. De gerealiseerde voorziening, een zogenaamde bundellift, stelt de medewerkers in staat om het traplopen met zo’n 90% te reduceren mits je de taken met je andere collega’s op de naastliggende installatie verdeelt. Deze samenwerking blijkt bij velen ondenkbaar. De angst dat je misschien iets meer doet dan een ander wint het van de mogelijkheid om de zwaarste inspanning te vermijden. Dergelijke risico’s uit de weg gaan is dodelijk. Met een beter arbeidsklimaat had dit zó mooi kunnen zijn.
Vis begint te rotten bij de kop. Het verderfelijk leiderschap al aanwezig in 1998 heeft het arbeidsklimaat flink verziekt. Helaas blijken noch het middenkader noch de verheffende kracht van de bundellift in staat de ontbindingsprocessen tot staan te brengen. Het belachelijke is dat PPG al die jaren niets doet aan de vissenkoppen in de ivoren toren.
‘Tjonge, jonge Jeroen. Het zit je wel hoog hè?’
‘Nou en of. Het is gebleken dat het nog veel erger kon worden Tai. Daarover meer in ons volgende gesprek.’
Jeroen van Linge
Kaderlid FNV