Kaderlid Anne van Dijk vindt dat minister Koolmees de confrontatie zoekt met verlaging van de rekenrente en verhoging van de pensioenpremies. Met het pensioen en AOW akkoord kan beter voor de werknemers opgekomen worden dan zonder, volgens Van Dijk.
Wat je er in stopt, komt er uit. Koolmees gaf als opdracht aan de Commissie Dijsselbloem, die moet adviseren over de rekenrente en de wijze waarop pensioenpremies worden vastgesteld, zo dicht mogelijk bij de (kunstmatige) marktrente te blijven. Het gevolg, Dijsselbloem adviseert verlaag de rekenrente die al de laagste van Europa is. Kennelijk denkt Dijsselbloem ook dat tijdens de crisis hogere rendementen gehaald worden dan er na. Daarom moeten de pensioenfondsen van hem voor het vaststellen van de pensioenpremies van lagere rendementen uitgaan.
Koolmees heeft onmiddellijk het advies overgenomen. Daarmee tekent Koolmees wat mij betreft ook voor het volledig betalen van de compensatie kosten (60 miljard in 28 jaar) van het afschaffen van het gelijke premiepercentage per pensioenfonds ongeacht of je jong of oud bent. Het is immers Koolmees die het gelijke premiepercentage (doorsnee premie en opbouw) wil afschaffen met de dooddoener dan een jong iemand lang spaart en daarom een hogere opbouw moet hebben. Alsof niet elke oudere ooit als jongere ook lang gespaard heeft.
De pensioenfondsen kunnen niet betalen gezien het advies van Dijsselbloem dat door Koolmees is overgenomen.
Overigens is de stunt van Koolmees voor mij geen reden om tegen het AOW en pensioenakkoord te stemmen. Integendeel, de reden om vóór te stemmen. Daarbij zal de strijd voor pensioen en AOW voortgezet moeten worden net als de strijd met de werkgevers voor regelingen voor zware beroepen. Koolmees moet daarover niet zeuren. Hij zoekt zelf de confrontatie door in plaats van verhoging van de rekenrente die te verlagen. Hij zaait wind en mag wat mij betreft storm oogsten. Strijd met werkgevers is ook nodig. Tot nu proberen de werkgevers alleen maar cao-regelingen te verslechteren. Dat moet stoppen en er moeten “eerder ophoud regelingen” komen.
A.P. van Dijk, Drachten