FNV tevreden met kabinetsbrief arbeidsmarkt, maar paar kritische kanttekeningen
De FNV is tevreden met de brief die de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vandaag aan de Tweede Kamer heeft gestuurd over haar visie op de arbeidsmarkt. De brief is in lijn met het MLT-advies dat de SER vorig jaar heeft gegeven. Daarin staat het belang van bestaans- en inkomenszekerheid centraal. Wel heeft de FNV enkele stevige kritische kanttekeningen.
FNV-vicevoorzitter Zakaria Boufangacha: ‘We zijn blij dat het kabinet er nu onomwonden voor kiest een einde te maken aan de doorgeslagen flex. Daarmee bewijst ze een dienst aan alle mensen die nu jaar in jaar uit in onzekerheid zitten over werk en inkomen. Bij structureel werk hoort een contract voor onbepaalde tijd, zo vindt ook het kabinet.’
Nu tijd voor actie
0-uren contracten, oproepcontracten en draaideurconstructies, waardoor veel mensen telkens weer worden teruggeworpen op dezelfde, onzekere startpositie op de arbeidsmarkt zijn in de toekomst niet langer mogelijk. Boufangacha: ‘We zijn hier positief over. Maar het kabinet moet hier nu vaart mee maken. En we volgen kritisch hoe het kabinet vaste banen aantrekkelijker wil maken voor werkgevers. Daarbij hebben we een waarschuwing: maak het contract voor onbepaalde tijd niet onzekerder. Dan kom je van de regen in de drup.’
Aanpak schijnconstructies
In de brief staat, dat ‘steeds meer werkenden zijn gaan werken buiten dienstbetrekking, terwijl zij volgens de geldende regels een arbeidsovereenkomst behoren te hebben. Het kabinet vindt dit zeer ongewenst. Zij heeft de ambitie dit tegen te gaan via beleid, regelgeving en handhaving.’ Boufangacha: ‘Het kabinet omarmt hiermee de aanpak van schijnzelfstandigheid en wil de prikkels wegnemen die dit soort arbeid goedkoper maakt voor werkgevers dan werk in dienstverband.’
Minimumloon eerder en meer omhoog
Tenslotte vindt de FNV dat het kabinet het wettelijk minimumloon eerder en meer moet verhogen naar 14 euro per uur. ‘Dat is heel belangrijk voor mensen die niet goed kunnen rondkomen. Juist mensen met lage inkomens die essentieel werk doen merken nog niet veel van de daadkracht van het kabinet. De problemen stapelen zich voor hen op door de hoge inflatie. Een veel snellere en stevigere verhoging van het WML is hard nodig. Daarmee kun je als kabinet veel méér benadrukken dat leefbare inkomenszekerheid je doel is.’
