Onder de rook van Schiphol scrolt John Poortman (65) door de tijdlijn van een besloten Facebook-groep. Het is een groep voor (oud-)KLM-platformmedewerkers, velen, net als hij, begonnen in de jaren '80 en '90. Zijn vinger pauzeert keer op keer. Tussen de eerste tien, vijftien posts telt hij er al zes: berichten over het overlijden van collega’s.
Mannen van rond de zestig, zijn leeftijdgenoten. Het is een trieste bevestiging van wat hij al langer ziet en zelf aan den lijve ondervindt. Na 42 jaar op het platform werd bij John in 2022 longkanker geconstateerd, ontdekt door een ‘gelukje’ na een coronabesmetting. Zijn ziekte bleek geen uitzondering. Al eerder begon hij met het bijhouden van een lijst van (oud-)collega’s die ziek werden of veel te jong overleden. Een lijst die pijnlijk lang is en volgens hem de harde realiteit van werken op het platform blootlegt.
Johns carrière omspande ruim vier decennia, waarin hij uitgroeide tot een spil in de afhandeling. 'Als leidinggevende onder de machines zeg maar,' legt hij uit. 'De hele dag, behalve de pauzes, loop je buiten op het platform.' Hij coördineerde de complexe logistiek rondom aankomende en vertrekkende vliegtuigen, van belading tot catering en brandstof, vaak voor meerdere toestellen tegelijk. Maar die buitenlucht was constant vervuild. 'Toentertijd had je alle dieselapparatuur en alle APU’s [hulpaggregaten van vliegtuigen] die aanstonden,' herinnert hij zich. 'Als je aan de verkeerde kant stond en die uitlaatgassen kwamen richting jou, kreeg je zo’n roetgolf. Dat kon je ook duidelijk zien als je op het platform langs de zijkant loopt. Ze hebben allemaal donkergrijze stenen. Haal je daar zo'n vinger langs, is je hele vinger helemaal zwart.' Ook zijn witte overhemd was aan het einde van de dag het bewijs: 'De kraag was dan donkerbruin. Ook als je je handen waste en met een doekje over je gezicht ging: donkerbruin was het.'
Als je aan de verkeerde kant stond (...) kreeg je zo’n roetgolf.
Ondanks dat hij altijd al wat hoestte ( 'dat komt ervan als je altijd in die troep staat') kwam de diagnose longkanker in 2022 onverwacht. Na een coronabesmetting hielden de klachten aan. Op aandringen van John en zijn huisarts werden longfoto’s en een scan gemaakt. Het bleek beginnende longkanker te zijn. 'De corona is mijn redding geworden,' zegt hij. 'Had ik dat niet opgelopen, dan was dat langzaam doorgegaan en dan was het te laat.' Er volgde een operatie waarbij een deel van zijn long werd verwijderd. Fysiek herstelde hij vlot, maar de impact is blijvend. 'Dat gedeelte van de long is met meer dan één derde verminderd. Dat geeft mij nu problemen. De bronchiën worden afgekneld, dan krijg ik weer een hoestbui, hap ik naar lucht. Door dat hoesten word je zo moe.' Zijn conditie is weg. 'Nu ga ik met de hond naar ’t bos en moet ik mijn route dusdanig uitstippelen dat ik om de zoveel tijd een bankje heb waar ik even kan zitten.'
Corona is mijn redding geworden. Had ik geen corona opgelopen (...) dan was het te laat.
Nog voor zijn eigen diagnose begon John, samen met collega’s, met het inventariseren van zieke en overleden (oud-)medewerkers. 'Wie heb ik allemaal verloren als collega op het platform? Nou, dat was schrikbarend.' De lijst telt inmiddels 'iets meer dan zestig die overleden zijn en ongeveer het gelijk aantal wat met klachten arbeidsongeschikt geworden zijn of toch nog werkzaam zijn.' Het gaat vooral om de generatie die tussen 1980 en 1990 begon. Hij noemt een voorbeeld van een groep van twintig collega's uit die tijd: 'Zestig procent is overleden. Allemaal halen ze hun pensioen niet. Allemaal kanker, hartaanvallen.' De recente stroom aan overlijdensberichten in de Facebook-groep bevestigt dit beeld. 'Pas geleden nog is er weer iemand gegaan. En in maart ook, weer een heel fijne oud-collega overleden. Het houdt maar niet op.' Het leeft enorm onder collega’s. 'Iedereen heeft het erover. Wanneer houdt dit op? Iedereen houdt er eigenlijk wel een beetje rekening mee dat je vroeg of laat ertegenaan loopt.'
Van een groep van twintig collega’s uit die tijd is zestig procent al dood. Allemaal halen ze de 60 niet.
Erkenning vanuit de werkgever dat de ziektes werkgerelateerd zijn, is er nooit gekomen. 'Nee, nooit iets gehoord van ‘wij denken ook dat het wel komt door je werkzaamheden’. Dat zullen ze nooit zeggen.' Beschermingsmiddelen kwamen te laat en waren onvoldoende. 'Vlak voordat ik uitviel kon je speciale bescherming krijgen. Ja, het is allemaal te laat en te weinig.' De oplossing ligt volgens John in het drastisch verminderen van de uitstoot bij de gates. 'Wat ze in Denemarken doen. Die machines niet meer op de gate aan laten komen, maar gewoon op een apart iets [...] naar de gate gesleept worden en visa versa.' Hij dringt aan op een 'serieus RIVM onderzoek waaruit duidelijk wordt wat nu de kans op kanker is voor mij en mijn collega's.'De frustratie over de trage reactie is groot. 'Ik hoop dat het nu echt zover komt dat ze dan ook op een gegeven moment zeggen van ja, we hebben duidelijk fouten gemaakt.'
Doe onderzoek op specifieke locaties op het platform en niet ergens op een hoek van een pier.
Nu hij arbeidsongeschikt thuis zit, kijkt John soms met verbazing terug. 'Wat heb ik in godsnaam al die jaren gedaan op Schiphol? Met al die ploegendiensten? Hoe heb ik dat kunnen volhouden?' De werkdruk was de laatste jaren enorm, net voor en na corona. 'Je doet gewoon het dubbele werk op een dag. Van de ene kist naar de andere, amper tijd om een kopje koffie te drinken.' Wat hem en zijn collega’s staande hield, was de sterke onderlinge band, het ‘blauwe hart’. Maar de prijs was hoog. Hoewel hij financieel redelijk is opgevangen, is het verlies van zijn gezondheid niet te compenseren. Zijn hoop is nu gevestigd op de acties van zijn collega’s van toen, en die van nu, die als lid van de FNV samen aandacht blijven vragen voor het probleem. 'Vooral voor de generaties die nu op Schiphol werkzaam zijn.' En misschien, ooit, erkenning en compensatie voor wat hem en zovele collega’s is overkomen.