 
                    Een vertegenwoordiging van Mondiaal FNV en FNV reist in november samen met vakbonden uit o.a. Colombia, Nigeria, Somalië, Tunesië, Indonesië en India naar de VN-Klimaattop in Belém, Brazilië. Als onderdeel van de internationale vakbondsdelegatie pleiten zij voor een rechtvaardige transitie waarin werknemersrechten structureel worden verankerd in het klimaatbeleid.
 
                    De klimaattop in Belém (COP30) heeft ‘Just Transition’ als een van de hoofdthema’s. Volgens Mondiaal FNV is dit het moment om van beloften over te gaan naar bindende afspraken over deze rechtvaardige transitie. Dus over bescherming van werknemers, fatsoenlijk werk en sociale zekerheid. “Wereldwijd staan miljoenen banen op het spel door de energietransitie en klimaatverandering, terwijl minder dan één op de tien nationale klimaatplannen concrete afspraken bevat over werknemersrechten,” waarschuwt Charlotte Vollaard, beleidsadviseur Just Transition bij Mondiaal FNV.
Werknemers moeten niet de prijs betalen voor de klimaatcrisis, maar deel zijn van de oplossing
“Een rechtvaardige transitie betekent dat klimaatbeleid niet alleen de uitstoot van broeikasgassen vermindert, maar ook ongelijkheid,” zegt Vollaard. “Zonder sociale rechtvaardigheid verliezen we draagvlak voor klimaatbeleid. Daarom moeten werknemers, van kolenmijn tot ziekenhuis, meepraten, meebeslissen en meedelen in de voordelen van de groene economie.”
De mondiale vakbeweging, gecoördineerd via de Trade Union NGO Constituency (TUNGO), pleit deze COP30 voor een nieuw Belém Action Mechanism (BAM). Dit afsprakenpakket moet zorgen voor meer coördinatie, kennisdeling en financiering van rechtvaardige transitieprojecten wereldwijd. Daarmee wil de vakbeweging voorkomen dat klimaatmaatregelen leiden tot banenverlies of een toename van ongelijkheid.
Dit zijn problemen die wereldwijd spelen, maar landen in het mondiale zuiden vaak het hardst treffen. Zij dragen relatief weinig bij aan de klimaatcrisis, maar ondervinden er wel de meeste gevolgen van, terwijl ze vaak de minste middelen hebben om zich hiertegen te beschermen.
“Zoals Nederland met het Kolenfonds laat zien dat sluiting van kolencentrales gepaard moet gaan met steun voor werknemers, is het noodzakelijk dat ook landen in het mondiale zuiden toegang krijgen tot financiering en ondersteuning om werknemers te beschermen en nieuwe kansen te creëren,” zegt Vollaard. “Klimaatverandering is een mondiaal probleem, en landen als Nederland hebben de verantwoordelijkheid om landen met minder middelen te steunen bij een eerlijke en sociale aanpak.”[KL1]
Volgens de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) kunnen door de groene transitie 24 miljoen nieuwe banen ontstaan, mits landen investeren in opleiding, sociale zekerheid en sociale dialoog. Zonder die randvoorwaarden dreigt juist verlies van bestaanszekerheid, vooral in regio’s die afhankelijk zijn van fossiele industrieën of grondstoffenexport.
“Just Transition is geen bijzaak, maar de brug tussen klimaatambitie en sociale rechtvaardigheid,” zegt Vollaard. “Werknemers moeten niet de prijs betalen voor de klimaatcrisis, maar deel zijn van de oplossing.”
De Mondiaal FNV-delegatie werkt tijdens COP30 nauw samen met andere maatschappelijke bewegingen – waaronder vrouwen-, milieu-, jongeren- en inheemse organisaties – en gaat in gesprek met de Nederlandse overheidsdelegatie om internationale solidariteit, arbeidsrechten en sociale rechtvaardigheid centraal te stellen in de klimaatonderhandelingen.